1939
Iets over Phasmidae-Eieren
Publication
Publication
Bijdragen tot de dierkunde , Volume 27 - Issue 1 p. 164- 166
In het insectarium van „Natura Artis Magistra” kweek ik reeds gedurende meerdere tientallen jaren achtereen zes soorten Phasmidae. Deze zijn Eurycnema herculeana BR., Dixippus morosus BR., Phyllium pulchrifolium SERV., Phyllium siccifolium L., Diapheromera femorata HARR. en Bacillus rossii F. Met uitzondering van Phyllium siccifolium, welke soort ik slechts enkele malen gekweekt heb ¹), zijn de overige vijf permanent in het insectarium vertegenwoordigd. Opmerkelijk is, dat uit de geïmporteerde eieren van Eurycnema herculeana steeds uitsluitend wijfjes komen. De volgende generaties van de te Amsterdam gekweekte exemplaren van deze soort bestaan uit mannetjes en wijfjes, en wel van beide geslachten ongeveer hetzelfde aantal. In Nederl. Oost-Indië schijnen de mannetjes zeldzaam te zijn. Entomologen, die geruimen tijd in Indië hadden gewerkt, zagen in het insectarium te Amsterdam voor het eerst de mannetjes van deze soort.
Additional Metadata | |
---|---|
Bijdragen tot de dierkunde | |
Released under the CC-BY 4.0 ("Attribution") License | |
Organisation | Naturalis journals & series |
Polak, R. A. (1939). Iets over Phasmidae-Eieren. Bijdragen tot de dierkunde, 27(1), 164–166. |