In de laatste jaren werden in de omgeving van Vlissingen een drietal interessante teratologische afwijkingen van Carcinus maenas gevonden. De drie exemplaren die hier besproken worden bevinden zich nu in de verzameling van het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie te Leiden. ι. Atrophie van de linkerhelft van een thoracaal segment (fig. ia). — Bij een mannetje met een carapax breedte van 35 mm (R.M.N.H. reg. no. Crust. D. 21200), verzameld aan de Nolledijk te Vlissingen op 3 October 1964, ontbreekt aan de linkerzijde van de thorax een segmenthelft. Van deze segmenthelft en de erop ingeplante looppoot ontbreekt ieder spoor ; het voorgaande en volgende segment sluiten volkomen tegen elkaar aan. De rechterhelft van het lichaam van de krab is normaal gebouwd. Een vergelijking met de normale lichaamshelft laat zien dat het ontbrekende gedeelte waarschijnlijk van het segment is dat het derde paar pereiopoden ( = tweede paar looppoten) draagt. De segmenten van de tweede en vierde pereiopoden, vooral die van de tweede, zijn hier meer uitgegroeid dan in de rechterhelft, zodat beide helften toch ongeveer even lang zijn en het lichaam geen kromgegroeide maar een vrij normale indruk maakt. Een soortgelijke afwijking wordt door Henry (1966) beschreven van Asellus cavaticus Leydig. Hier was de rechterhelft van het segment dat de zevende pereiopoden draagt niet ontwikkeld; het lichaam vertoonde hier wel een duidelijke knik. 2. Deformatie van de rechter schaarpoot (fig. ib). — Een mannetje met een carapax breedte van 44 mm (R.M.N.H. reg. no. Crust. D. 23016), gevangen aan de Nolledijk te Vlissingen op 2 juli 1966, heeft het ischium van de rechter schaarpoot duidelijk vergroot en gevorkt. De buitenste arm van de