2008
OBN-inventarisaties van bijen, graafwespen en sprinkhanen in terreinen van Natuurmonumenten
Publication
Publication
Op initiatief van de Vereniging Natuurmonumenten heeft Stichting EIS-Nederland in 2007 inventarisaties uitgevoerd van bijen, graafwespen en sprinkhanen in 12 gebieden (zie onder). Speciale aandacht gaat hierbij uit naar de 'OBN-plangebieden': terreindelen waar in het kader van het Overlevingsplan Bos en Natuur maatregelen getroffen worden om verzuring, vermesting en verdroging tegen te gaan. Per gebied wordt de aangetroffen fauna besproken en waar mogelijk vergeleken met beschikbare gegevens uit eerdere jaren. Er wordt geprobeerd een inschatting te maken van de (te verwachten) effecten van de geplande OBN-maatregelen op de onderzochte insectenfauna. Buurserzand (Overijssel: Twente; sprinkhanen) In het Buurserzand worden twee deelgebieden kleinschalig geplagd. In beide gebieden samen zijn acht soorten sprinkhanen aangetroffen, waaronder geen bijzonderheden of Rode-Lijstsoorten. Naar verwachting zullen de OBN-ingrepen een gunstig (in droge delen) tot neutraal (in natte delen) effect hebben op de sprinkhanenfauna. Deelerwoud (Gelderland: Veluwe; bijen) Binnen het Deelerwoud zal in het kader van het OBN kleinschalig worden geplagd op de Kleine Heide. In dit terrein zijn 11 soorten bijen gevonden, waaronder enkele karakteristieke heidesoorten. De plaglokaties zijn sterk vergrast en naar verwachting zullen de geplande ingrepen gunstig zijn voor de bijenfauna. Drents-Friese Wold (Drenthe / Friesland; bijen) In het Drents-Friese Wold staat een stuk natte, vergraste heide op de nominatie om geplagd te worden. Op de plek zelf werden slechts drie soorten bijen gevonden. In de directe omgeving zijn 13 soorten gevonden, waaronder de bedreigde sporkehoutzandbij Andrena fulvida. De geplande ingrepen zullen waarschijnlijk gunstig zijn voor de bijenfauna, mits de aanwezige wilgen gespaard worden. Dwingelderveld (Drenthe; bijen) Slechts een klein deel van het bijenrijke Dwingelderveld is in 2007 onderzocht, en dan nog slechts gedurende één dag. Het magere lijstje van zeven bijensoorten is dan ook zeker niet representatief. Wel konden er in het OBN-plangebied verschillende elementen worden aangewezen die voor bijen van belang zijn en waarmee bij de uitvoer van de OBN-maatregelen rekening mee gehouden dient te worden, zoals tormentilvegetaties en de wanden van het waterloopje. Fochtelooërveen (Drenthe; bijen & sprinkhanen) In het Fochtelooërveen zijn twee stukken droge en natte heide aangewezen als plaglokaties. Hier zijn 27 soorten bijen en zes soorten sprinkhanen gevonden. Met name deellokatie F1 is rijk aan bijen en hier dienen de OBN-ingrepen dan ook doordacht en gefaseerd te worden uitgevoerd. Groote Veld (Gelderland: Achterhoek; bijen & sprinkhanen) Grote delen van het Groote Veld zijn vergrast, vermost of bedekt met dennennaalden en houtsnippers. Deze situatie is voor bijen en sprinkhanen ongunstig, dus de geplande (en deels reeds uitgevoerde) OBNregelen zullen naar verwachting een positief effect hebben. Er werden 14 soorten bijen en zes soorten sprinkhanen aangetroffen. De aanwezige populatie van de blauwvleugelsprinkhaan is nog zeer klein. Hopelijk zullen de geplande maatregelen deze populatie versterken. Haulerpolder (Friesland; sprinkhanen) De Haulerpolder bestaat uit voormalige weilanden op veengrond, waar nu een beheer gevoerd wordt dat gericht is op behoud en ontwikkeling van kwelafhankelijke water- en oevervegetaties. Er zijn zeven soorten sprinkhanen gevonden, waaronder de moerassprinkhaan. Om de populatie van deze Rode- Lijstsoort te behouden, dient maaien zo laat mogelijk in augustus of in september te gebeuren, en bij voorkeur gefaseerd (10 tot 20% laten overstaan). Hulshorsterzand (Gelderland: Veluwe; bijen, graafwespen & sprinkhanen) In het Hulshorsterzand zal 95 hectare geplagd worden in het kader van het OBN. In 207 zijn 15 soorten bijen, 22 soorten graafwespen en negen soorten sprinkhanen in het gebied gevonden. Met name aan graafwespen is het gebied vrij rijk. Bij de uitvoer van de geplande ingrepen is het van belang om te letten op de aanwezigheid van dood hout en bloemrijke plekken, zoals groeiplaatsen van zandblauwtje, kruiskruiden en wilgen. Mantingerveld (Drenthe; bijen) In het Mantingerveld zijn in het kader van het OBN twee plaglokaties aangewezen. Het gaat om flink dichtgegroeide plekken, die voor bijen weinig interessant zijn wegens de geringe aanwezigheid van bloemen en nestelgelegenheid. Er zijn 20 soorten bijen gevonden, met name in de aan de plangebieden grenzende heideterreinen, nauwelijks in de te plaggen delen zelf. Bij de uitvoer van de ingrepen zouden wilgen en sporkehout gespaard moeten blijven, niet al het dode hout dient verwijderd te worden en bij voorkeur dienen de ingrepen gefaseerd te worden uitgevoerd. Plateaux (Noord-Brabant; bijen & sprinkhanen) In de Plateaux zullen delen van de Lage Heide worden geplagd. Het gebied bestaat voor een groot deel uit droge, vergraste heide, maar plaatselijk zijn schrale vegetaties met open zand aanwezig, die voor bijen en sprinkhanen interessant zijn. In totaal zijn 45 soorten bijen gevonden, waaronder negen Rode- Lijstsoorten, en 11 soorten sprinkhanen, waaronder de kwetsbare moerassprinkhaan. De geplande plagwerkzaamheden kunnen, mits kleinschalig uitgevoerd, tot een verrijking van de insectenfauna leiden. Wat de moerassprinkhaan betreft zou de dichtgroei van de moerassen langs de oostrand tegengegaan moeten worden. Voornes Duin (Zuid-Holland; bijen) In Voornes Duin worden twee grote terreinen vrij gemaakt van bos en struweel. Op lokatie Panweg is dit reeds gebeurd, op lokatie Vogelpoel nog niet. In totaal zijn 40 soorten bijen gevonden, waarvan 29 bij de Vogelpoel en 34 bij de Panweg. Hieronder zijn vier Rode-Lijstsoorten en verschillende typische duinsoorten. Op lokatie Panweg, waar de OBN-ingreep recent is gepleegd, zijn de typische duinsoorten ook aanwezig. Deze ingreep heeft op deze fauna dus geen ongunstig effect gehad. Naar verwachting zal dat bij de Vogelpoel dus ook niet het geval zijn. Witte Veen (Overijssel: Twente; sprinkhanen) De OBN-lokatie bij het Witte Veen betreft een kleine, sterk vergraste en verboste strook heide, omsloten door bos. Er zijn vier soorten sprinkhanen gevonden, waaronder geen bijzonderheden. Naar verwachting zullen de geplande ingrepen gunstig zijn voor de sprinkhanenfauna.
Additional Metadata | |
---|---|
, , , , , | |
EIS - Nederland, Leiden | |
Organisation | Staff publications |
Reemer, M., de Boer, P., van der Meer, F., Peeters, T. M. J., & Smit, J. (2008). OBN-inventarisaties van bijen, graafwespen en sprinkhanen in terreinen van Natuurmonumenten. EIS - Nederland, Leiden. |