Verspreiding en fenologievan de boorvlieg Rhagoletis cingulata in Nederland (Diptera: Tephritidae) In opdracht van de Plantenziektenkundige Dienst heeft EIS-Nederland van 10 juli t/m 2 oktober 2003 een onderzoek uitgevoerd naar de verspreiding en de fenologie van de boorvlieg Rhagoletis cingulata in Nederland. Dit onderzoek concentreerde zich op Zeeland, omdat de soort daar als eerste gevonden was. Op twee locaties op Walcheren (De Zandput en het Oranjebos, bij Oranjezon) en één op Schouwen (Het Zeepe, bij Burgh) werden lijmvallen van het merk Pherocon AM (zonder lokstoffen) opgehangen. Verder werden diverse locaties met sleepnetten bemonsterd. Ook buiten de eilanden zijn verschillende locaties onderzocht. Dit onderzoek vormt een aanvulling op de landelijke inventarisatie die in 2003 is uitgevoerd door de Plantenziektenkundige Dienst, met behulp van lijmvallen. Rhagoletis cingulata is, behalve op de Zeeuwse eilanden, ook waargenomen in de Noord- en Zuid-Hollandse duinen en in Zuid Limburg. Rhagoletis cingulata heeft een lange vliegtijd in Nederland, waarbij het begin, vanwege de late start van dit onderzoek niet vastgesteld kon worden. Gedurende de hele periode, van 10 juli tot en met 2 oktober, zijn er exemplaren aangetroffen. De fenologie van R. cingulata vertoont een opmerkelijk verschil tussen het gebied De Zandput en de gebieden Het Zeepe en Het Oranjebos. Voor de beide laatste gebieden ligt het begin van de vliegtijd naar alle waarschijnlijkheid hooguit enkele weken voor de aanvang van dit onderzoek. Voor het gebied De Zandput geldt dat het begin van de vliegtijd veel eerder ligt. Twee mogelijke verklaringen voor dit verschil zijn; een intrinsiek (genetisch) verschil tussen de populaties of het betreft twee verschillende soorten. De fenogrammen van Het Oranjebos en Het Zeepe vertonen twee pieken. Dit wordt vermoedelijk veroorzaakt door de extreme weersomstandigheden in de periode tussen de beide pieken en niet door een eventuele tweede generatie. Bemonstering met lijmvallen van het merk Pherocon AM geeft een goed beeld van de ontwikkeling van de populatieomvang, mits de vallen op de juiste manier en op de juiste plaats opgehangen worden. De vallen dienen aan de buitenkant van de waardplanten (Prunus serotina) opgehangen te worden, enigszins vrij van takken en bladeren. Bovendien dient men er zeker van te zijn dat er een populatie aanwezig is op de betreffende boom, het ophangen van de val in eventuele naburige bomen waar geen populatie op aanwezig is, vermindert de trefkans aanzienlijk. De vallen kunnen ook gebruikt worden om de aanwezigheid vast te stellen. Tijdens dit onderzoek zijn er alleen populaties van Rhagoletis cingulata aangetroffen op de reeds bekende waardplant; Amerikaanse vogelkers Prunus serotina. Daarnaast is er slechts één exemplaar aangetroffen op lijsterbes Sorbus aucuparia, die in de buurt van Amerikaanse vogelkers stond.

, , , , , , , ,
European Invertebrate Survey - Nederland, Leiden
Staff publications

Smit, J. (2003). Verspreiding en fenologie van de boorvlieg Rhagoletis cingulata in Nederland (Diptera: Tephritidae). European Invertebrate Survey - Nederland, Leiden.